FATWAA OVER HYPOTHEKEN

De uitvoering van de fatwaa:

De Europese raad voor fatwaa en onderzoek (ECFR)opgericht in 1997 op initiatief van de Federatie van Islamitische organisaties in Europa. Deze organisatie wordt gefinancierd door al-Makhtoum stichting. De ECFR probeert op verschillende gebieden en in verschillende onderwerpen informatie te verstrekken aan moslims in Europa.

In oktober 1999 heeft de Europese ECFR in haar vierde bijeenkomst in Dublin, Ierland een fatwaa opgesteld betreft:

Het verkrijgen van een huis met een rentedragende lening voor moslims die niet in islamitische landen wonen, dit door middel van een hypotheek met het huis als onderpand.

Resolutie (besluit):

De raad is overeengekomen dat:

  • Een lening van een bank rente bevat en dat is strijdig met de regels van de islam en behoort tot de grote zonden.
  • Moslims moeten hun uiterste best doen om andere alternatieven te zoeken, zoals muraabaha en het opzetten van eigen bouwondernemingen.
  • De moslims en hun organisaties moeten in onderhandeling treden met Europese banken om tot een oplossing te komen die niet strijdig is met de sharie3ah.

Als al deze bovengenoemde manieren niet mogelijk zijn, dan mogen ze wel een hypotheek afsluiten onder bepaalde voorwaarden:

a)     Het huis dat wordt gekocht moet voor de koper en zijn huishouding zijn.

b)     De koper moet geen andere huis hebben.

c)      Hij moet geen extra geld hebben waarmee hij alsnog een huis kan kopen.

Deze fatwaa is gebaseerd op de volgende twee grote juridische argumenten:

De eerste: Er is overeenstemming dat bij extreme noodzakelijkheden hetgeen verboden is, toegestaan wordt. Hierbij baseert men zich op de volgende verzen:

“…terwijl Hij jullie waarlijk heeft uiteengezet wat Hij jullie heeft verboden, behalve hetgeen waartoe jullie waren genoodzaakt.” (Aayah: 6/119).

“Wie dan door nood gedwongen is, zonder dat hij het wenst en zonder dat hij overdrijft: voorwaar, dan is jouw Heer vergevensgezind, meest barmhartig.” (Aayah: 6/145).

Hij definieert al-haadjah (noodzakelijkheid) als alle zaken die een moslim in moeilijke situaties brengen.

De regeling is alleen van toepassing op de mensen die geen huis hebben en die het niet voor commerciële doeleinden gebruiken.

De Profeet salla-llaahu 3alayhi wa-sallam zegt daarnaast dat een ruim huis een van de elementen van een gelukkig leven is, dit in tegenstelling tot een gehuurd huis waar je uit kan worden gezet.

Wanneer je een huis kan kopen is het makkelijker om in een islamitische omgeving te wonen waarmee je je ook aan de voorschriften kan houden. Hiernaast vermeldt de auteur dat het de gemeenschap financieel sterk maakt.

De tweede: De juristen hebben enkele punten genoemd die dit besluit onderbouwen. (Abu Haniefah, a-Thawri,…..)

1)      Volgens de sharie3ah hoeft een moslim in een niet-islamitisch land zich niet te houden aan civiele, financiële en politieke regels.

2)     Maar wel aan religieuze regels zoals echtscheiding, trouwen, …….

Wanneer een moslim in een niet-islamitische maatschappij woont, maakt hij het zichzelf financieel moeilijker als hij zich aan de islamitische voorschriften houdt.

Hierbij haalt de raad de hadieth erbij die als volgt is vertaald, namelijk: “Islaam vermeerdert en vermindert niet.”

Want bijvoorbeeld, als moslims bij transacties (in extreme noodzaak) wel rente moeten betalen als zij lenen, maar geen rente ontvangen als zij een positief saldo hebben op de bank, dan komt het de moslim financieel slechter uit.

Wat betreft de claim dat de Hanafie madh-hab rentelening in sommige gevallen accepteert en dat de madh-hab toestaat dat illegale contracten toegestaan zijn, moet hiervoor worden voldaan aan twee voorwaarden:

1)      Waar de moslim begunstigd is.

2)     Waar bedrog (betreffende niet-moslim) niet van toepassing is.

Als reactie op deze claim, wordt er aangegeven dat in dit geval het voordeel nog niet is gerealiseerd. Daarnaast is deze claim niet authentiek omdat deze niet bevestigd is door Muhammed a-Shaybani. Sterker nog, vroegere geleerden hebben nooit voorwaarden gesteld betreffende rente lening in niet-islamitische landen. Maar toch is in ons geval de gever van rente de begunstigde, gezien het feit dat hij of zij een huis zal bezitten na een hoeveelheid aantal jaren.

De raad geeft aan dat in het geval van extreme noodzakelijkheid het toegestaan mag worden bij overweging om een huis te kopen.

 

De uitvoering van de fatwaa

Deze fatwaa is gekomen na veel discussie onder de leden van de ECFR en uiteindelijk, door invloed van al-3alwaani en Qardaawie, is het naar voren gekomen. Deze fatwaa werd niet zonder slag of stoor aangenomen, want in feite verdeelt dit onderzoek de raad in tweeën. Uiteindelijk is deze fatwaa aangenomen door achttien van de eenentwintig leden. Al-3arabi (een van de leden van de Raad) stelt hierbij twee criteria:

1-      De noodzakelijkheid dat bij grote families of bij familiebezoek door gebrek aan ruimte de islamitische sfeer niet ten goede komt.

2-     Dat de moslim ondanks dat hij rente betaalt voordeel moet hebben. Dit is in de meeste gevallen zo, want er wordt in veel gevallen minder afgelost aan hypotheek dan er wordt betaald aan huur. Hierbij is ook een voordeel voor de moslims dat zij bij een hypotheek een bezit krijgen en bij huur niet.

 

De acceptatie van de fatwaa

Het gebruik van de termen haajah en daroerah heeft voor veel discussie gezorgd binnen de islamitische gemeenschap. In sommige kringen werd de fatwaa direct aanvaard, aangezien zij van mening waren dat dit ertoe zou leiden dat de moslims de vicieuze cirkel van armoede konden doorbreken. Yoesuf al-Qardaawie werd betiteld als een befaamde geleerde van de Islam en een bekend gezag in de Arabische wereld inzake islamitische kwesties.

Andere mufti’s, lokaal en transnationaal, namen deel aan dit debat door hun eigen oordeel te geven. De Zuid-Afrikaanse mufti, Ibraahiem Desai, verklaart dat: “De overgrote meerderheid van de moslimgeleerden het eens zijn dat rente overal verboden is.” En zodoende weigerde hij goedkeuring te verlenen voor het kopen van een huis met een hypotheek in Groot-Brittannië. De noodzaak hier kon worden opgelost door een huurwoning. Wel is hij van mening dat in sommige gevallen sprake kan zijn van muhtadj, een persoon in ontzettende nood. Maar dat “het niet toelaatbaar is voor een individu om zelf te bepalen of een persoon muhtaj is. Dit zou door een godvrezende en betrouwbare muftie moeten worden bepaald. Kortom; volgens hem kan een fatwaa die op persoonlijke omstandigheden wordt gebaseerd niet als algemene regel worden aangenomen. Ook Said Ramadan al-Bouti kwam met een soortgelijke redenering. “Elke moslim weet dat elke vorm van woeker onwettig is, tenzij er sprake is van noodzaak.” Volgens hem is er sprake van noodzaak “als iemand door honger, blootheid en gebrek aan woonruimte op het punt staat te komen.”

Moslims vroegen om verduidelijkingen over de term “noodzaak”, en de juriste voorwaarden en de overwegingen die voldaan moesten worden. Verder werd gezocht naar wie het recht heeft om het te bepalen? Slechts de moslim of ook de niet-moslim geleerden? Volgens de Europese Raad was huiseigendom een collectieve noodzaak voor de moslims in het westen. De fatwaa had tot doel om een algemene toestemming voor Moslims in Europa, niet alleen maar een debat tussen geleerden werd, maar dat op een brede schaal in de gemeenschap hierover gespreken kon worden.

Sommige geleerden, debatteerden dat een tolerante fatwaa over hypotheken de creativiteit van de gemeenschap zou verstikken, de dynamiek ervan zou vertragen en de oprichting van Islamitisch bankieren zou verhinderen. Want waar zou de industrie van halaal vlees vandaag de dag zijn, als muftis toestemming hadden verleend voor consumptie van de lokale vleesproducten.

Niet iedereen is het eens met de benadering van de ECFR inzake de islamitische plichten van moslims in het westen. De fatwaa komt er min of meer in, dat moslims niet verplicht zijn om civiele, financiële en politieke status aan de islamitische wetgeving in niet-islamitische landen te geven. De ECFR stelt dat dit haar grenzen voorbij gaat. De meeste moslims denken daar echter anders over. Zij zijn van mening dat de Islam een religie is die universeel is en aldus haar wet overal ten tijde geldig is.

Tarik Ramadan heeft bepaalde kritiekpunten naar voren gebracht: Hij meent dat als gevolg van de fatwaa regels op economisch en sociaal gebied in feite hetgeen wat niet toegestaan was op onjuist doordachte manier gaan legitimeren. Dit met als gevolg een onverschillige klasse van een goede burgerij gecreëerd zal worden.

 

De invloed van de fatwaa

De fatwaa is gepubliceerd door de Arabische media en is zeer verspreid geweest tussen de moslims in Europa. De meeste moslims verkozen om advies te vragen bij de imaam, maar het verspreiden van de fatwaa en het uitwerken en of overtuigen van anderen, wordt overgelaten aan de moslim zelf.

Deze regeling werd in Britannie niet gesteund door sommige Indonesische en Pakistaanse leden van de ECFR. In Frankrijk daarentegen werd het totaal gesteund en er uitgebreid over gediscussieerd. Er zijn echter meerdere malen discussies gevoerd over de regeling van hypotheek in islamitische gemeenschappen.

 

Conclusie

Gezien deze discussies die over deze fatwaa gaan, de definities van ribaa die wij eerder hebben gegeven, de Qur’aanische verzen die wij hebben aangehaald en de tradities van de profeet Muhammed, kunnen we concluderen dat het sluiten van een hypotheek degelijk rente bevat en dat het in de Islaam absoluut verboden is. Als burger in deze maatschappij, zie ik dat heel veel mensen die zulke fataawaa aannemen, helemaal niet kijken naar de gestelde voorwaarden en dat men een sprong maakt naar het einde van de fatwaa waarin staat dat het wel mag. Echter, men moet waken bij zulke besluiten om niet alleen naar het eindresultaat te kijken en daarnaast sluit ik me aan bij de mensen die zeggen dat er helemaal geen sprake is van noodzakelijkheid waar men zich op baseert, omdat men hier in alle vrede een huis kan huren zonder bang te zijn op straat te worden gezet, mits hij zijn huur op tijd betaalt.

De tweede punt waar ze zich op hebben gefocust, is de standpunt van de hanafitische school dat ongeldige transacties wel gesloten kunnen worden in niet-islamitische landen met wederzijds goedvinden, toegestaan is. Deze mening is zelfs door Qardaawie als ongeldig verklaard. Het verbaast me dan dat ze bij zulke fataawaa wel gebruik maken van de hanafitische school en bij andere gevallen zeggen dat het verkeerd is.

Iedere moslim is verantwoordelijk voor zijn eigen daden en mag niet leunen op een fatwaa die naar voren is gebracht. Men moet zijn best doen om zoveel mogelijk te streven naar de toegestane middelen (halaal) betreffende onderhoud, etc.

 

Door broeder Aboe Jouairiya.